Op uitnodiging van de Belgische Eerste Minister Alexander de Croo en minister Tinne van der Straeten van Energie ontmoeten de regeringsleiders en ministers van Energie van Nederland, Duitsland en Denemarken hun collega’s van Ierland, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk, Noorwegen en Luxemburg elkaar op 24 april in de haven van Oostende. De ambitie voor deze bijeenkomst is om de vorig jaar gevormde Noordzee-coalitie uit te breiden met Ierland, het Verenigd Koninkrijk, Noorwegen, Frankrijk en Luxemburg. Het doel van deze uitbreiding is investeringen in windenergie op de Noordzee te versnellen.
De voorzitter van de Europese Commissie, Ursula von der Leyen, neemt ook deel aan de top. Daarnaast zijn er zo’n honderd stakeholders uit de energiesector aanwezig om in gesprek te gaan met de vertegenwoordigers van de verschillende landen. Voor Nederland wonen minister-president Mark Rutte en minister Rob Jetten voor Klimaat en Energie de tweede editie van de coalitie bij, waarvoor de organisatie bij België ligt.
Naast het voornemen om het aantal landen van de Noordzee-coalitie uit te breiden, ondertekenen de bewindslieden gezamenlijke verklaringen waarin de gemeenschappelijke visie voor windenergie en netverbinding op de Noordzee wordt vastgelegd.
Energie-eilanden
Tijdens de eerste Noordzeetop in het Deense Esbjerg – vorig jaar mei – hebben de vier Noordzeelanden Denemarken, Duitsland, België en Nederland een verklaring getekend waarin zij aangeven meerdere energie-eilanden op de Noordzee te gaan bouwen. De landen willen intensiever gaan samenwerken om offshore-energie efficiënt te integreren in het energiesysteem. Uiteindelijk willen ze naar een verviervoudiging van de huidige geïnstalleerde capaciteit tegen het einde van het decennium en een vertienvoudiging tegen 2050.
Werkbezoek
Voorafgaand aan de tweede Noordzeetop brengt de Nederlandse minister-president Rutte een werkbezoek aan de Maasvlakte in Rotterdam en verschillende locaties op de Noordzee. Hij oriënteert zich daarmee op de energietransitie met een hoofdrol voor wind, zon en groene waterstof. Rutte start op de Maasvlakte bij de LNG-terminal van Gasunie. LNG is een belangrijke vervanger van het Russische gas en via deze terminal wordt het vloeibare gas geïmporteerd en geëxporteerd. Aansluitend krijgt de minister-president een rondleiding bij het nieuwe hoogspanningsstation van TenneT op de Maasvlakte. Vanuit dit hoogspanningsstation wordt de groene elektriciteit die is opgewekt met de windmolens op zee getransporteerd naar huishoudens, bedrijven en buurlanden.
Zijn werkbezoek gaat verder per schip. Op de Noordzee bezoekt de minister-president het Q13a-A platform van Neptune Energy. Hier wordt binnenkort groene waterstof geproduceerd uit zeewater. De volgende stop is het pas opgeleverde windpark op zee, gebouwd door en eigendom van Vattenfall. De 120 windmolens kunnen 1.5 miljoen huishoudens van groene stroom voorzien.
Tijdens de boottocht wordt afsluitend ook langs de zogenaamde stopcontacten op zee gevaren. De windparken zijn aangesloten op een stopcontact (platform) op zee. Vanuit deze stopcontacten wordt de opgewekte elektriciteit via kabels op zee aan land gebracht naar het hoogspanningsstation.