Tweemaal per maand brengt Lieke Hulshof verslag uit over haar belevenissen in India.
In het noorden van India, uitkijkend op de Himalayas, ligt het stadje Pauri tussen sparren en naaldbomen. Het is het oord waar Karan en Lieke hun project zijn gestart: Adara, een groei-leer-werk centrum voor de lokale gemeenschap en internationale bezoekers. Een plek voor uitwisseling, veerkracht, ontspanning, verbinding en ontwikkeling.
De kippenhoeder
“One, two, three..” klinkt het zacht. Ik kijk door mijn slaapkamerraam. In de tuin staat Deepak met zijn dochter op de arm. Zijn vrije hand wijst naar de kippen terwijl hij ze telt. Alsof hij zijn meisje van drie maanden alvast wil leren tellen in het Engels. Maar eigenlijk gaat het niet om het tellen, weet ik. Deepak deelt graag zijn grootste passie met zijn nieuwgeboren dochter. Kippen. Ze kijkt met grote bruine ogen naar de dieren, de lucht, het gras. Langzaam neemt ze de wereld in zich op, een wereld die nog zo nieuw voor haar is.
Deepak woont met zijn vrouw, ouders, baby en dertien kippen op het erf in een bijgebouw. Hij werkte voorheen in Delhi in een Adidaswinkel, terwijl zijn vrouw bij zijn ouders verbleef. Maar in coronatijd verloor hij zijn baan en kwam terug naar Pauri. Zijn vrouw werd zwanger en Deepak pakte de draad op met kippen houden. ’s Ochtends vroeg hoorde ik hem timmeren. Van resten hout, gaas en spijkers maakte hij prachtig geimproviseerde hokken. Eén kippenhok voor buiten, één kippenhok voor in huis tijdens koude dagen. Plastic flessen bouwde hij om tot drinkwatervoorzieningen. Zijn eerste zes kippen bleken uiteindelijk zes hanen te zijn. Blijkbaar was hij wat voorgelogen door de verkoper. Bijna volgroeid overleden ze plots. Een nieuwe generatie kuikens overleed ook. Deepak gaf niet op. Regelmatig liep hij kilometers af op zoek naar geschikte kippen. Van zijn spaargeld kocht hij uiteindelijk een aantal gezonde bruine. Met een stok en klikkende geluiden leidt hij ze tweemaal per dag over het erf. Hij houdt ze bijeen, zo goed en zo kwaad als het gaat. Hij beschermt ze tegen adelaren. Een geboren kippenhoeder.
Ik loop naar buiten en begroet vader en dochter. Deepak lacht bescheiden. Het meisje draagt een houtskoolstip op haar voorhoofd. Het is een hindoetraditie voor jonge kinderen, om ze te beschermen tegen kwade geesten. Ze grijpt haar vaders t-shirt met kleine zachte handen. Deepak kijkt teder en draait haar weg van de zon. Ik zie hoe gek hij op haar is. ‘Net zoveel als op zijn kippen,’ denk ik. En dat is veel. Het is hier niet vanzelfsprekend dat mensen zoveel van hun dochters houden. Er wordt nog vaak voorkeur gegeven aan het krijgen van een jongen. In dokterwachtkamers hangen grote borden: ‘kennisgeving van het geslacht voor geboorte is verboden’. De wet bestaat sinds 1994 met het doel om dochters te beschermen en de verhouding tussen jongens en meisjes te herstellen. In geval van een meisje is het voor veel mensen namelijk verleidelijk om abortus te plegen. Abortus is legaal in India bij bepaalde situaties, zoals verkrachting of bij ongehuwde vrouwen. Tot nu toe lijkt de wet de ratio man-vrouw in India te herstellen.
Ook Deepaks vader had gehoopt op een kleinzoon. Maar inmiddels zingt opa opgewekt voor zijn kleindochter. Hij houdt haar vast wanneer Deepak de kippen verzorgt en de vrouwen wassen of koken. Hij lacht met haar en troost haar. Binnenkort moet Deepak gedag zeggen tegen zijn vrouw, kippen en baby. Hij gaat weer naar Delhi, op zoek naar een nieuwe baan. Want hij heeft, zoals ieder, dromen. Dromen voor een goede toekomst, dromen voor zijn gezin, dromen voor zijn dochter.
