De kansarmoede-index in Vlaanderen daalde het afgelopen jaar licht. 12,7% van de kinderen tussen 0 en 3 jaar groeide in 2021 op in kansarmoede, in 2020 was dat nog 13,7%. Dat blijkt uit cijfers van agentschap Opgroeien. “Maar elk kind dat opgroeit in kansarmoede is er één te veel. Een kwart van de ouders kon vorig jaar rekenen op sociale toeslagen naast het groeipakket. Dat is een belangrijke tegemoetkoming voor heel wat gezinnen”, benadrukken Vlaams minister van Welzijn Hilde Crevits en Vlaams minister van Armoedebestrijding Benjamin Dalle.
De kansarmoede-index*drukt uit hoe groot het aandeel kinderen van 0 tot 3 jaar in kansarmoede is ten opzichte van het totaal aantal kinderen in die leeftijdscategorie en wordt berekend op basis van een aantal parameters, zoals gezinsinkomen, arbeidssituatie van de ouders en huisvesting. Net zoals in 2020 daalde de kansarmoede in Vlaanderen ook in 2021 licht: van 13,7% naar 12,7%. Die tendens merken we in elke provincie. In Antwerpen blijkt de daling het hoogst: van 17,5% naar 16,1%. Met 7,6% ligt de kansarmoede-index in Vlaams-Brabant het laagst. De data van Opgroeien geven de kansarmoede-index tot op gemeentelijk niveau: daaruit blijkt een sterke daling in de grootsteden (-2,2 procentpunt). Of een kind opgroeit in kansarmoede, heeft vooral te maken met een beperkt inkomen (87%) en met een laag opleidingsniveau (81,9%) van de ouders. Bovendien heeft 77,7% van de kinderen in kansarmoede ouders die werkloos zijn of een precaire arbeidssituatie kennen.
“We zagen al enkele jaren dat gezinnen van pasgeborenen op de verschillende levensdomeinen een gunstigere situatie kennen dan de jaren daarvoor” zegt Diederik Vancoppenolle, wetenschappelijk adviseur bij Opgroeien. “Die trend lijkt zich in 2021 versterkt voort te zetten. Dat de kansarmoede daalt bij jonge kinderen is positief, maar we blijven benadrukken dat nog steeds bijna 1 op de 8 kinderen geboren wordt in kansarmoede.”
“Kansarmoede is een verhaal dat gezinnen treft in alle windstreken van Vlaanderen.”, vult Vlaams minister van Armoedebestrijding Benjamin Dalle aan. “De geografische verschillen die we qua kansarmoede zien, zien we ook bij andere indicatoren. Het geheel van de cijfers is nuttige informatie om zowel het beleid vanuit Vlaanderen, als vanuit de lokale besturen verder af te stemmen op daadkrachtige maatregelen en om goede praktijken uit te wisselen. Zo kunnen we samen kansarmoede verder terugdringen én ieder kind gelijke kansen te gunnen, van bij de prille start van het leven.”
*Kansarmoede wordt berekend op basis van zes parameters: het maandinkomen van het gezin, de opleiding van de ouders, de arbeidssituatie van de ouders, de kwaliteit van de huisvesting, het stimulatieniveau van de kinderen en de gezondheid. Per parameter wordt een ondergrens bepaald, wanneer gezinnen bij minstens drie van de zes paramaters op of onder de ondergrens scoren, groeit een kind op in kansarmoede.