Een training van vier weken mindfulness blijkt genoeg om aangeleerde angstreacties onder controle te houden. Wetenschappers van universiteiten in Scandinavië, China en de VS zeggen dat mindfulness een krachtig middel is tegen angst.
Vanuit evolutionair oogpunt gezien is angst nuttig. Er waren tijden dat angst ons heeft geholpen als signaal om de veiligheid op te zoeken – als je oog in oog stond met een leeuw bijvoorbeeld- en zo te kunnen floreren. In onze moderne tijd zijn veel angstreacties – zoals fobieën- strikt genomen onnodig en zelfs slopend voor je mentale gezondheid.
Als therapie tegen angst wordt al langer mindfulness aangeraden.
Hier en nu
Mindfulness-oefeningen streven ernaar om je te helpen focussen en je aandacht in het zogeheten ‘hier en nu’ te houden. Mensen die aan mindfulness doen getuigen vaak dat ze nadien kalmer zijn, beter kunnen relativeren en meer opgewekt in het leven staan.
Mindfulness wint aan populariteit in verschillende landen en over verschillende culturen heen. Dat zal wellicht nog toenemen nu blijkt dat steeds meer studies bewijzen aanvoeren dat mindfulness een enorme hulp kan zijn om van angsten bevrijd te geraken en dus bevorderlijk is voor fysieke en vooral mentale gezondheid.
Eerder onderzoek heeft al gunstige effecten van mindfulness op de bloeddruk en tegen depressieve klachten beschreven. Nu zegt een studie van de universiteiten in Odense (Denemarken), Uppsala en Lund (Zweden), Peking (China) en de Icahn School of Medicine at Mount Sinai in New York dat mindfulness ook effectief is om angstreacties af te leren. De studie werd gepubliceerd in Nature Scientific Reports.
Spinnenfobie
Veel mensen met angsten – bijvoorbeeld vliegangst, faalangst, spinnenfobie of angst voor open ruimten- ondervinden daar veel last van in het dagelijkse leven.
De onderzoekers bestudeerden twee groepen gezonde mensen. Eén groep volgde gedurende vier weken een mindfulnesstraining aan de hand van een app. De andere was de controlegroep die niet aan mindfulness deed.
Na vier weken werd aan de deelnemers een angstreactie aangeleerd: als ze bepaalde beelden te zien kregen, werd hen tegelijk een milde elektrische schok toegediend. Daardoor gingen ze deze beelden associëren met onaangename ervaringen waardoor enkel het zien van de beelden al een reactie gaf: de proefpersonen gingen zweten en vertoonden een vlucht- of vechtreactie.
Nadien werd aan de deelnemers uitgelegd hoe het kwam dat ze die reactie vertoonden.
De volgende dag kregen de deelnemers opnieuw de beelden te zien terwijl ze opnieuw aan het toestel werden aangesloten dat elektroshocks uitdeelt. De deelnemers kregen echter geen schok.
Geen tekenen van angst
Wat bleek? De deelnemers die een mindfulnesstraining hadden gevolgd vertoonden geen tekenen van angstreacties tijdens het zien van de onaangename beelden.
Bij de controlegroep bleken de angstreacties wel terug te keren.
“De studie toont aan dat mindfulness niet alleen effect heeft op subjectieve ervaringen van negatieve emoties zoals we al langer wisten, maar ook op autonome angstreacties, zelfs na een korte training van vier weken”, zegt hoofdauteur Johannes Björkstrand.
Volgens Björkstrand is het heel aannemelijk dat mindfulness in combinatie met blootstelling, de therapie waarbij de cliënt geleidelijk aan en onder begeleiding van een therapeut wordt blootgesteld aan zijn angst, de effectiviteit van de therapie enorm kan bevorderen.
“Onze resultaten suggereren dat de combinatie van mindfulness en therapie door blootstelling, betere en langdurende genezingseffecten kan teweeg brengen”, zegt hij.